In zijn Corona-mijmeringen schrijft professor Philippe Humblé, docent in de opleiding Toegepaste Taalkunde, vanuit zijn ‘kot’ in Bertem, over ons alledaagse, verrassende nieuwe leven, in een tijd waarin de mens zichzelf moet heruitvinden, in een gereduceerde versie. Lees hier overpeinzing 8: Wandelen vs. Corona.

Overpeinzing 9: Slapen vs. Corona

In het midden van de nacht word ik wakker. Mijn nek doet pijn. Ik merk dat ik het kussen, dat ik ’s avonds gebruik om te lezen, vergeten ben weg te nemen.

’s Morgens ontwaak ik met pijn in de pols. Ik zoek tevergeefs naar een reden.

Bij het ontbijt zegt mijn vrouw dat het komt doordat ik gisteren te lang op de hometrainer heb gezeten. Corona doet binnenblijven.

Maar ook zonder Corona voeren we levenslang een dialoog met ons lichaam.

Het lichaam is een goede compagnon. Maar soms krijgt het een oprisping, laat het van zich horen, als een kat, of als een baby, die wel tekenen geeft, maar waarvan je nooit precies weet wat hij of zij wilt.

Soms geef je eten.

–Nee, eten was het probleem niet.

Soms geef je drinken.

–Nee, drinken ook niet.

Je zet het recht, je zet het scheef. Het blijft protesteren.

Bij een kind is de dialoog vloeiender, duidelijker. Er komt wat bloed uit, er komt wat etter uit, er komt van alles uit. Duidelijke tekenen.

Niet van die hiërogliefen die met het ouder worden altijd moeilijker vallen te ontcijferen. Het is altijd gokken, een nooit aflatende onderhandeling.

En op een dag is het weg, het lichaam. Ervanonder gemuisd.

De lafaard!

---

Philippe Humblé (1955) geeft les aan de vakgroep Toegepaste Taalkunde, Spaanse vertaalkunde en Intercultural Communication. Hij heeft vijfentwintig jaar lesgegeven aan de Universidade Federal de Santa Catarina in Brazilië en sinds 2009 doceert hij aan de VUB. Vanaf volgend academiejaar ‘moet’ Humblé op pensioen, maar hij hoopt dat corona zijn plannen niet in de war stuurt om volgend jaar aan een ‘nieuwe carrière’ te beginnen, in Brazilië of in China.