VUB-pofessor Criminologie Kristel Beyens over gevangenissen in tijden van corona. "Het personeel en de gedetineerden zitten op hun tandvlees."

Dit opiniestuk verscheen eerder op standaard.be(+). Auteur: Kristel Beyens, professor criminologie aan de VUB.

Honderden gedetineerden slapen vandaag op matrassen op de grond in krappe, slecht verluchte eenpersoonscellen die ze delen met een of twee gedetineerden. Het arresthuis van Antwerpen kampt met een overbevolkingsgraad van 68 procent. In Mechelen bedraagt die 67 procent, in Dinant 81 procent en in Ieper maar liefst 94 procent. Die overbevolking is in coronatijden onhoudbaar en maakt van gevangenissen tikkende tijdbommen.

Tijdens de eerste lockdown werden honderden gedetineerden tijdelijk 'met verlof' of met vervroegde invrijheidstelling naar huis gestuurd om de ergste overbevolking te lenigen en de fysieke afstand te verzekeren in de gevangenissen. Door een combinatie van maatregelen daalde de gevangenispopulatie in ijltempo met ongeveer 1.000 gedetineerden, waardoor er tijdens de eerste lockdown nog zo'n 9.600 waren. Nu staat de teller opnieuw op 10.700 gedetineerden, maar blijven maatregelen uit.

 

Een op de drie of vier van de penitentiaire personeelsleden is niet op post.

Huidhonger

Hoewel de coronabesmettingsgraad in de gevangenissen ruim onder die in de samenleving ligt, vertaalt de recente stijging zich ook bij de gedetineerden en het gevangenispersoneel. Sinds de start van de pandemie werden 252 gedetineerden positief getest. Vandaag zijn er nog 142 positief geteste gedetineerden aanwezig.

Op 4 november verbleven 219 personeelsleden in quarantaine en waren er 1.066 met ziekteverlof. De afwezigheidsgraad ligt in sommige gevangenissen tussen de 25 en 33 procent. Een op de drie of vier van de penitentiaire personeelsleden is niet op post.

Welke gevolgen heeft dat voor de gedetineerden? De coronacrisis en de lockdown leren vrije burgers wat het betekent om geen fysiek contact te hebben met geliefden, vrienden of familie. De toevloed aan digitale vormen van communicatie kunnen niet voorkomen dat mensen last krijgen van vereenzaming en huidhonger.

 

Sinds 30 oktober is geen enkele vorm van bezoek nog mogelijk.

De versoepeling van de maatregelen deze zomer liet ons even op adem komen. Dat gold niet voor de gedetineerden. Pas in september kregen ze opnieuw toegang tot ongestoord bezoek. Dat werd koel onthaald door het personeel en werd door de stijgende besmettingscijfers snel afgevoerd. Gevangenissen zijn al gesloten bastions, maar sinds 30 oktober is geen enkele vorm van bezoek nog mogelijk. Net als tijdens de eerste lockdown krijgen gedetineerden extra belkrediet en wordt het gebrek aan fysiek bezoek in beperkte mate door videogesprekken gecompenseerd.

Alle reguliere culturele en educatieve groepsactiviteiten zijn alweer opgeschort. Samen les volgen in een leslokaal kan niet meer. In de buitenwereld gaan we radicaal digitaal om onderwijs te blijven garanderen. Dat is nog niet mogelijk in de gevangenissen. De uitbreiding van de digitale toegang voor gedetineerden zou een kernpunt moeten zijn van de plannen rond e-justice (DS 7 november) van minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD).

Tien na twaalf

Ook de uitlaatkleppen waar vrije burgers massaal gebruik van maken, zoals wandelen en natuur opzoeken, zijn haast onbestaande in detentiecontext. Sommige gevangenissen ontzeggen de gedetineerden zelfs hun dagelijkse uur in de buitenlucht. Sporten, bewegen en buitenlucht ontstressen en versterken het immuunsysteem. Dat is ook broodnodig voor de gedetineerden, wier fysieke en mentale gezondheidstoestand veel slechter is dan die van de gemiddelde bevolking. Gevangenen hebben al moeilijk toegang tot medische zorg door een onaangepast penitentiair gezondheidssysteem. In coronatijden is dat dubbel problematisch. De beloofde hervorming van de penitentiaire gezondheidszorg sleept al jaren aan. Minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (SP.A) moet die zo snel mogelijk aanpakken.

 

In de gevangenissen is het intussen tien na twaalf.

Sinds 30 oktober zijn ook de uitgaansvergunningen en penitentiaire verloven opnieuw opgeschort. Na de afschaffing van de educatieve activiteiten is dat een tweede opdoffer, die een enorme impact zal hebben op de voorbereiding van de re-integratie van de gedetineerden. Die korte verloven moeten immers toelaten om de terugkeer naar de samenleving concreet vorm te geven. Het resultaat zal zijn dat de invrijheidstellingen worden uitgesteld en dat de gevangenispopulatie en overbevolking stijgen.

Twee weken geleden lieten de ziekenhuizen weten dat het vijf na twaalf is. In de gevangenissen is het intussen tien na twaalf. De sense of urgency is verpletterend. De coronacrisis versterkt de decennialang aanslepende malaise in het gevangeniswezen. Meer dan ooit is het noodzakelijk om de overbevolking te reduceren. Maar laten we deze crisis vooral ook aangrijpen om het bestraffingsmodel, met de gevangenisstraf als hoeksteen, fundamenteel in vraag te stellen en te herdenken. Investeren in penitentiaire vernieuwing die de mensonwaardige toestanden in de gevangenissen aanpakt, komt hopelijk centraal op de agenda van de minister van Justitie.